Dit is een typisch bergbospark met oplopende hellingen van boomopstanden. De Karpatische beuken- en dennenbossen vormen de lagere hellingen, terwijl de bovenste hellingen van de berg worden gedomineerd door sparrenbos. Zowel alpine als de natuurlijke endemische planten bedekken de talrijke bergen
open plekken. De fauna van het park omvat typische bosdieren zoals edelherten, reeën, wilde zwijnen, lynxen, wilde katten en wolven. Van bijzonder belang is de populatie boshoenders en de gevlekte salamander, het embleem van het park. Dankzij de diverse flora en fauna die ermee gepaard gaat, wordt Gorce gekenmerkt door een grote biologische diversiteit. Het behoud ervan is een van de belangrijkste taken van het Gorce National Park.
Het werd opgericht in 1981 en beschermt het centrale deel van de Gorce. Het Karpaten Woud is de grootste natuurlijke rijkdom van deze bergen. Het minst veranderd door de mens zijn gemengde bossen van de lagere bergzone, bekend als het Karpatische beukenbos. De hoogste heuvels zijn bedekt met een sparrenbos en bezetten de bovenste bergzone. Over een uitgestrekt gebied worden bomen oud en sterven ze, om plaats te maken voor de jongere generatie.
De open plekken in de bergen zijn van bijzondere waarde voor het landschap en de natuur van het Gorce-gebergte. Ze zijn ontstaan als resultaat van de traditionele pastorale economie. De overblijfselen van de oude cultuur zijn houten hutten die de regionale architectuur van Zagórz en Podhale vertegenwoordigen.
Weidse uitzichten op de naburige berggroepen, vooral het Tatra-gebergte, moedigen mensen aan om langs de Gorce-paden te wandelen.